Als inwoner van de stad vergeet ik soms hoe bijzonder Delft is. Ik ren er een paar keer per week doorheen, maar pas als ik toeristen mijn straat zie fotograferen, bedenk ik het pas. Ze komen speciaal naar mijn stad voor de Oostpoort, de Nieuwe Kerk, het Straatje van Vermeer of het Prinsenhof. Vandaag speel ik toerist in eigen stad en herontdek ik waarom Delft een pareltje is.
Mijn route begint zoals altijd bij de Oostpoort, de enige overgebleven stadspoort van Delft. De muur en poorten rondom Delft werden in 1400 gebouwd en dienden als bescherming tegen aanvallers. Nu staat het vol met toeristen die foto’s maken. Normaal gesproken doe ik hier mijn warming-up, even rekken en strekken. Nu wordt mij vriendelijk gevraagd mijn warming-up even ergens anders te doen. Ach ja, alles voor de toeristische foto haha!
Deze twee foto’s maakte ik niet tijdens het hardlooprondje uit deze blog, maar op een rustige zondagmorgen. Geen toeristen te bekennen haha!
De Nieuwe Kerk
Ik loop verder langs de Schie en sla linksaf het centrum van Delft weer in richting de Nieuwe Kerk. De Nieuwe Kerk is vanaf de meeste plekken in Delft te zien. Geen enkel gebouw in het centrum van Delft mag namelijk hoger zijn dan de 109 meter hoge kerk. Nu ik rond de kerk loop, neem ik me voor binnenkort de 376 treden eens naar boven te nemen. Het uitzicht schijnt prachtig te zijn. Voor nu ren ik door.
In de Nieuwe Kerk ligt het praalgraf van Willem van Oranje. Daaronder bevindt zich de grafkelder waar de koninklijke familie begraven ligt. Waarom in Delft vraag je je af? Tijdens de Tachtigjarige Oorlog woonden de meeste machtshebbers van Nederland in Breda. Toen Willem van Oranje stierf in 1584 was Breda in handen van de Spanjaarden en daarom werd voor Delft, de woonplaats van Willem van Oranje, gekozen als laatste rustplaats.
De Oude Kerk
Van de Nieuwe Kerk loop ik door naar de Oude Kerk. Onderweg kom ik mijn lievelingsijsjeswinkel tegen: De Lelie. Hier verkopen ze de smaak Delftenaartje: witte chocoladeijs met praline en hazelnoot. Jummie! Het is maar goed dat ik niet hardloop met mijn pinpas op zak. Anders kwam er van hardlopen weinig terecht.
Het Prinsenhof
Via een klein poortje tegenover de Oude Kerk loop ik het Prinsenhof binnen. Dit is dé plek waar Balthasar Gerards in 1582 Willem van Oranje vermoordde. De kogelgaten zijn niet te zien tijdens mijn hardlooprondje, daarvoor moet je het museum bezoeken. Ik neem even gas terug, want het is hier erg druk. Het staat vol toeristen en reisleiders met parapluutjes. Ik besluit om te keren en via de Voldersgracht en de Vlamingstraat terug te rennen.
Het Straatje van Vermeer
Twee jaar terug ontdekten onderzoekers dat het ‘Straatje van Vermeer’, op het bekende schilderij ‘Gezicht op huizen in Delft’, in de Vlamingstraat heeft gestaan. De straat waar mijn vriend jarenlang heeft gewoond. Ik ken het op mijn duimpje. Deze zomer weerlegden andere onderzoekers de ontdekking. Het blijkt toch niet te kloppen. Delft is weer een mysterie rijker. Waar bevindt zich het Straatje van Vermeer nou toch?
Hardlopen in Delft
Omdat mijn hardlooproute tot nu toe wel erg kort is, plak ik er een rondje Delftse Hout aanvast. Vervolgens loop ik via de Schie weer terug naar mijn beginpunt, waar het nog voller staat met toeristen dan aan het begin van ronde. Terwijl ik bij kom van mijn rondje zie ik vanuit mijn ooghoek dat ik op de foto word gezet. Nu wel. Of is het die prachtige Oostpoort achter mij die vastgelegd wordt? We zullen het nooit weten.
1 reactie